Hoewel de titel anders doet vermoeden, speelt Brakman's roman zich nagenoeg geheel in Den Haag en Scheveningen af. Het is 1939 en de mobilisatie is een feit. Blok, een ijverige en intelligente middelbare scholier van op het oog eenvoudige komaf wordt door Camonier, een nieuwe klasgenoot, ingewijd in het doen en laten van de betere Haagse kringen. Dankzij de in meer dan één opzicht knappe Camonier ontmoet hij bizarre en schilderachtige personen: Camoniers vader, de dominante, eigenzinnige kolonel; Doerien Reyne van Reyne, zijn kwaadaardige, wispelturige, arrogante vriendin; de onbezoldigde filosoof Julius met zijn Sherlock Holmesachtige uiterlijk en zijn merkwaardige retoriek, en de moeder van Camonier, een beroemde sopraan, die zich in de omstreke n van Den Haag slechts van een afstand laat horen en maar eenmaal lijfelijk aanwezig is, als zij met 'een weke tenor' een amoureuze escapade onderneemt naar Oostende. De rode draad in het verhaal wordt gevormd door de steeds weer opdu ikende vraag naar de afkomst van Blok. Is hij in werkelijkheid verwekt door de filosoof in de Scheveningse Bosjes? Of is hij het tastbare gevolg van een van Prins Hendriks uitstapjes. Verhalen, bekentenissen, halve waarheden en leugens vermengen zich tot een fantastische, fascinerende roman, die wordt gekenmerkt door een overvloed aan anekdotes, onverwachte wendingen en suggestieve beelden. Met Een weekend in Oostende heeft Brakman alle registers van zijn schrijverschap opnieuw opengetrokken.
Hoewel de titel anders doet vermoeden, speelt Brakman's roman zich nagenoeg geheel in Den Haag en Scheveningen af. Het is 1939 en de mobilisatie is een feit. Blok, een ijverige en intelligente middelbare scholier van op het oog eenvoudige komaf wordt door Camonier, een nieuwe klasgenoot, ingewijd in het doen en laten van de betere Haagse kringen. Dankzij de in meer dan één opzicht knappe Camonier ontmoet hij bizarre en schilderachtige personen: Camoniers vader, de dominante, eigenzinnige kolonel; Doerien Reyne van Reyne, zijn kwaadaardige, wispelturige, arrogante vriendin; de onbezoldigde filosoof Julius met zijn Sherlock Holmesachtige uiterlijk en zijn merkwaardige retoriek, en de moeder van Camonier, een beroemde sopraan, die zich in de omstreke n van Den Haag slechts van een afstand laat horen en maar eenmaal lijfelijk aanwezig is, als zij met 'een weke tenor' een amoureuze escapade onderneemt naar Oostende. De rode draad in het verhaal wordt gevormd door de steeds weer opdu ikende vraag naar de afkomst van Blok. Is hij in werkelijkheid verwekt door de filosoof in de Scheveningse Bosjes? Of is hij het tastbare gevolg van een van Prins Hendriks uitstapjes. Verhalen, bekentenissen, halve waarheden en leugens vermengen zich tot een fantastische, fascinerende roman, die wordt gekenmerkt door een overvloed aan anekdotes, onverwachte wendingen en suggestieve beelden. Met Een weekend in Oostende heeft Brakman alle registers van zijn schrijverschap opnieuw opengetrokken.